Aftredend hoofdredacteur Max van Geuns blikt terug op twaalf jaar leiding geven, van Maxx Magazine tot Red Pers. Wat begon als een stapeltje papier in groep zes, groeide uit tot opleidingsplatform voor journalistiek talent. “Het is mooi om te zien dat het schip zonder mij door kan varen.”
Een verlopen tv-gids, het weerbericht van de week ervoor en de helft van een poster van een zeehondje. Dat was de inhoud van de allereerste editie van Het Maxx Magazine, het blad dat ik uit verveling besloot op te zetten in groep zes van de basisschool. Ik raakte het aan de straatstenen niet kwijt, terwijl het aan elkaar geregen stapeltje papier maar tien cent kostte. Alleen mijn ouders en een leraar kochten het.
Binnen korte tijd ontpopte Maxx zich van een knutselwerk tot ‘echt’ magazine. Ik ging mensen interviewen: mijn buurman Jan van de ABN Amro, oom Rik die Nederlands gaf en een klasgenoot die topsport bedreef. Het maakte niet zoveel uit wie, als ik er maar een mooi verhaal van kon maken. En in ieder mens zit een mooi verhaal, daar was en ben ik heilig van overtuigd.
Natuurlijk kon ik niet in mijn eentje een tijdschrift uitgeven. Mijn hele leven ben ik bijgestaan door niet alleen oude rotten in het vak, maar ook mijn lieve ouders en zelfs mijn beste vrienden. De belangrijkste versterking kwam bij de eenentwintigste editie van Maxx, in de brugklas van het Vossius Gymnasium. Olivier Overberg, sinds deze week hoofdredacteur van Red Pers, inspireerde mij net zoveel met zijn vormgeving-skills als dat hij me mateloos irriteerde in de klas. Nog altijd zijn we beste vrienden en journalistieke partners voor het leven.